Bestuur en visie
Het bestuur van Never Despair bestaat uit minimaal 3 en optimaal 5 leden. In september 2022 is een nieuw bestuurslid Technische Zaken aangetreden. De functies van voorzitter en penningmeester zijn een tijdje vacant geweest, maar inmiddels weer glansrijk ingevuld. Met dit grotendeels vernieuwde bestuur gaan we aan de slag om de ambities die in het eerste half jaar van 2022 door een grote groep leden zijn geformuleerd te realiseren. Sterke aandacht voor interne en externe verbinding, een goed evenwicht tussen topprestaties en breedtesport en het opnemen van onze maatschappelijke verantwoordelijkheid. Uitgangspunt is besturen op hoofdlijnen, waarbij coördinatie en uitvoering van beleid in handen is van andere vrijwilligers. In de praktijk komt het soms neer op concrete regelzaken en feitelijke uitvoering. We maken er ons sterk voor dat de ontwikkeling van (meerjaren-) beleid en de formulering van korte en lange termijn ambities niet naar de achtergrond verschuift.
De bestuursleden vanaf september 2022 zijn
Rob de Haas
Voorzitter
06-41110961
voorzitter@neverdespair.nl
Bruno van Rijsingen
Secretaris
06-51218045
secretaris@neverdespair.nl
Rien den Boer
Penningmeester
06-20892726
penningmeester@neverdespair.nl
René van Genugten
Accommmodatie
en algemene zaken
06-26334172
algemenezaken@neverdespair.nl
Kenny Leijtens
Technische Zaken
06-52697941
kenny@neverdespair.nl
Een nieuwe koers:
Never Despair future proof
“Om te slagen, moeten we gewoon beginnen” (Vincentius)
Inleiding
Clubs en verenigingen lopen leeg, er is een chronisch tekort aan vrijwilligers. Bij ons niet. Met een hang naar het verleden – vroeger was alles beter – wordt er veel gemopperd, maar als je steeds met oud denken nieuwe dingen verwacht, dan kom je bedrogen uit. Er is behoefte aan perspectief, anders gaan mensen lopen en verlies je de jeugd.
Clubs en verenigingen zijn in onze hyper-geïndividualiseerde samenleving nog steeds een ongelooflijk belangrijk bindmiddel. Alleen onderhouden van wat er is, is stilstand en stilstand leidt tot afsterven. De tijd van het bestuur bepaalt wat er gebeurt, en organiseert en coördineert wat gedaan moet worden, dat heeft zijn langste tijd gehad. Ook onze club lag al een tijdje aan het infuus… . Met vereende krachten is het ons gelukt om nieuw leven in onze club te blazen: het stroomt weer. En eenmaal aangewakkerd kwamen we zo gemakkelijk op gave ideeën en plannen voor de toekomst. Dit koersplan is een weergave van ons nieuwe verhaal, vertaald in uitdagende resultaten en gekoppeld aan een vernieuwende bestuursfilosofie.
Het beeld van onze club
Never Despair is geen vereniging die toppers laat invliegen of talenten koste wat koste behoudt voor ons eigen clubbelang. Het ego staat niet voorop, het succes van de club zit hem in de gevoelde verbinding en liefde voor het spelletje. Daar is iedereen het wel over eens.
Uit het oog verloren…
Onze club zien we als een groep mensen die zich hebben verenigd rond de passie voor tafeltennis. De betrokkenheid bij elkaar en bij de vereniging komt veelal tot uiting in subgroepen en op persoonlijke uitnodiging om mee te denken of in actie te komen. Onderlinge verbinding met een missie is op de achtergrond geraakt. Expliciete gezamenlijke omgangsnormen en waarden zijn er eigenlijk niet, waardoor iedereen eigenlijk zijn ding doet en we elkaar nauwelijks aanspreken op gedrag.
Nieuwe generaties zoeken naar betekenis, de oude generatie ook.
Een aantal leden vinden het prima zoals het nu gaat, een aantal wil zich kunnen ontwikkelen door verbinding en participatie, en worden geraakt door een sterk uitgedragen visie. Van oudsher is onze focus veelal eenzijdig gericht op de sportieve prestaties met als gevolg minder aandacht voor een bredere, strategische en duurzame verbinding met mens, (club)cultuur en maatschappij.
Veel mensen hoeven niet méér dan wat er nu is, maar mopperen wel over hoe het gaat. De focus is naar binnen gericht en op de eigen agenda. Tegelijk vraagt men zich af waarom er zo weinig jeugd is, waarom we niet hoger spelen, waarom zo weinig mensen komen opdagen bij georganiseerde activiteiten of als supporter bij wedstrijden van de club.
Als je ND even als mens beschouwt, dan zien we dat hij/zij de volgende symptomen van sociale ontworteling vertoont:
- Sluimerende zelfgenoegzaamheid – het is toch goed zoals het is dus niks aan doen.
- Prioriteit voor praktische en korte termijn problemen – uitvoering bardiensten, barprijzen, trainingskosten, teamindelingen.
- Geaccepteerde middelmatigheid – in het trainersbudget is weinig ruimte gecreëerd en het staat desondanks ter discussie.
- Neiging tot starheid: dit is het, kan niet anders, is al geprobeerd, veel te duur, veel te groot, enz.
- Calimero-uitstraling: tafeltennis is nou eenmaal geen sexy sport, we mogen blij zijn met wat we hebben.
Deze ontworteling, die overigens bij veel clubs voorkomt, is versterkt door een twee jaar durende Corona-periode. Dat de club gedurende die periode in ledental niet geleden heeft, kun je zowel positief als negatief uitleggen: leden zijn loyaal óf leden zijn niet zo geneigd tot verandering. Met haar rijke 75 jaar historie, zit ze verstopt en opgesloten op de eerste verdieping van een kindercampus, waar je via sleutels, alarmen, trap of lift binnen kunt, nauwelijks herkenbaar aan de gevel.
Onze verenigingscultuur en -structuur is, zoals bij de meeste clubs en verenigingen, grotendeels gebaseerd op traditionele waarden van een club, in onderstaand schema ondergebracht onder het kopje ‘Oude logica’:
Tabel 1: Oude en nieuwe logica | |
Oude logica | Nieuwe logica |
Mechanistisch | Levend |
Lineair | Verbonden |
Dominant | Partner |
Macht over | Macht met |
Ruil en compromis | Synergie |
Hard tegen hard | Samenwerking over grenzen |
Korte termijn denken | Over meerdere generaties |
Exclusief | Inclusief |
Ego | Ziel |
Antropocentrisch | Meer dan alleen mensen |
(vrij naar G. Hutchins, Toekomstklaar) |
Als we als club in deze oude denkpatronen en logica blijven hangen, dan dreigt nog losser zand en blijven we dingen verwachten die niet gebeuren. Met geloof, hoop en liefde alleen gebeurt er niets. Voor ons bestaansrecht zullen we enkele hardnekkige, niet-werkende denkpatronen moeten zien te doorbreken. Maar hoe doe je dat? Waar begin je? Elke verandering begint met een nieuw verhaal, voor ons is dat ND 2.0.
Een nieuw speelveld
Als we het over ‘onze leden’ of ‘onze club’ hebben, wie of wat bedoelen we daar dan eigenlijk mee? Met welke trends en generaties hebben we te maken? Onze club is toe aan fundamentele vernieuwing, zonder de verworvenheden van 75 jaar bestaan te verloochenen.
Aansluiten bij trends
Onze maatschappij verandert en we krijgen te maken met nieuwe generaties die nieuwe logica hanteren. Daarom kunnen we ervan uit gaan dat de club van de toekomst anders georganiseerd moet worden dan de club van nu. Als we maatschappelijke ontwikkelingen koppelen aan de kenmerken van nieuwe generaties, dan kunnen we een paar voorspellingen doen. Deze voorspellingen zijn mede gebaseerd op een aantal toekomstvoorspellingen van T. Gerbrands in zijn boek ‘Mijn Stijl’ (2016):
- Allereerst valt te verwachten dat lokaal denken, gemeenschapszin en een krachtige clubidentiteit belangrijker worden omdat men ook meer waarde hecht aan betekenis en zingeving.
- Leden verwachten tevens een bepaalde mate van betrokkenheid bij de maatschappij waardoor het Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) van het bedrijfsleven ook zal overslaan op het verenigingsleven.
- Verder zijn nieuwe generaties gericht op een virtuele wereld. Dit zal bijvoorbeeld van invloed zijn op hoe we leren en vermaakt willen worden.
- Technologie zal zich in lijn daarvan ook blijven door ontwikkelen, waardoor meer data/beeld voor steeds meer doelgroepen (spelers, staf, publiek) op een snelle en gewenste manier beschikbaar kan worden gesteld.
- De rol van spelers op het hoogste niveau zal breder worden ingezet.– betere opleidingsplannen, verbeteren opleidingen vrijwilligers en staf, rolmodel hogere sporters versterken binnen de club.
- Tenslotte zal een groter wordende groep vaker behoefte hebben aan diversiteit in de keuze van het lidmaatschap.
Noodzakelijke herbezinning
De toekomst van onze club vraagt om verandering. Die verandering begint bij:
- het gezamenlijk voelen van een noodzaak,
- de reflectie op wat de club nu van ons vraagt, binnen een ontwrichtende, sterk geïndividualiseerde samenleving met effecten zoals eenzaamheid bij ouderen en beweegarmoede onder jongeren
- een sterk nieuw perspectief dat ons onderling verbindt
Een succesvolle organisatievorm van een tafeltennisvereniging lijkt er nog niet te zijn. De meeste clubs zijn zoekende. Wij gaan niet wachten, Wij gaan er zelf mee aan de slag. Het opnieuw laden van het begrip ‘club’ en ingrediënten voor een nieuw hoofdstuk van ons clubverhaal is bij ons gestart met de boostersessie 2.0 en het vormen van een nieuw bestuur.
Een nieuw hoofdstuk in de clubhistorie: Never Despair 2.0
De weg naar de toekomst wordt gedreven door een visioen, een schitterend vergezicht, een nieuw verhaal. De stappen kunnen op allerlei vlakken plaatsvinden: ledenaantal, samenstelling leden, spelniveau, aanbod-differentiatie, trainingsfilosofie, sociaal-maatschappelijke functie (zorg voor ouderen, beweging kinderen enz.), accommodatie. Vele lonkende perspectieven en gedroomde acties. Wij gaan voor grote wensen en kleine realistische stappen, die we in september in de ALV samen bespreken.
Vrijwilligers zijn nog steeds de drijvende kracht achter de vereniging van de toekomst. Zij moeten hun werk kunnen doen vanuit duidelijke kernwaarden, zodat zij één en dezelfde clubcultuur waarborgen en uitdragen. Anders wordt het een strijd van ego’s en persoonlijke belangen en haakt men af. Vrijwilligerstaken moeten verder gevormd worden rondom individuele of groeps-initiatieven die als kortlopende projecten worden opgepakt en opgeleverd. Actie en vernieuwing vanuit de periferie en niet vanuit het centrum. Indien iets niet kortlopend is, dan moeten we overwegen om het uit te besteden of anders vorm te geven.
Een nieuwe bestuurscultuur: transparant – verbindend – zonder hiërarchie
Voor het bestaansrecht van de club is heroverweging van de bestuursfilosofie eveneens noodzakelijk. Onze club is een hele lange periode succesvol traditioneel- hiërarchisch geleid: organiseren en coördineren van allerlei operationele activiteiten. Om beter aan te sluiten bij de tijdgeest, ziet het bestuur het volgende als haar belangrijkste taak:
Zij geeft richting, inspireert en begeleidt de ontwikkeling van de club vanuit het principe van ‘dienend leiderschap’: zij dient de vereniging en de leden, de historie van de club koesterend. Zij is vanuit een moreel kompas richtinggevend, koersvast en verbindend. Zij verbindt mensen intern en binnen met buiten, zodat onze club zichtbaar wordt voor de omgeving.
Met onze nieuwe visie op besturen, wil het bestuur met de ALV de volgende uitgangpunten voor bestuur bespreken en vaststellen:
- Wij gaan uit van vertrouwen, niet van wantrouwen
- Onze grondhouding is open: iedereen telt (inclusief), en wij zoeken bewust actief naar andere invalshoeken en tegenspraak
- Wij leven in- en extern de ‘Community-gedachte: verbonden door vrijheid en verantwoordelijkheid.
- We zijn een vereniging voor alle mensen: breedtesport (recreatief, revalidatie en gehandicapten sport) en topsport.
- Binnen onze club worden besluiten genomen vanuit betrokkenheid, niet vanuit hiërarchie: iedereen in de club kan en mag een besluit nemen, mits een afgesproken procedure wordt gevolgd
We kiezen we voor een platte (horizontale) organisatiestructuur zonder (verstopte) hiërarchie. Het bestuur functioneert als strategisch hart van de club en is – op basis van kernwaarden – de verbindende schakel tussen alle leden. Het bestuur bewaakt de samenhang van acties in relatie tot het lonkend perspectief en een gezonde financiële basis.
De gedeelde visioenen en wensen, gekoppeld aan veel gedreven leden en een nieuw enthousiast bestuurs-team hebben de club nieuw leven ingeblazen. Zo’n impuls leidt tot resultaten in de toekomst.
Verwachte resultaten in de toekomst
Nieuw leven betekent beweging en beweging leidt altijd nieuwe ontwikkelingen en vernieuwingen. Uitgaande van de vele geopperde wensen en ambities verwachten we in de nabije toekomst resultaten rond onder andere de volgende thema’s:
- Meer onderlinge verbinding tussen jong en oud, top en recreanten
- Terugkeer op landelijk niveau, waar wij horen
- Een structureel aanbod voor 70-plussers ter voorkoming van sociaal isolement en ter bestrijding van Alzheimer en Parkinson
- Een structureel aanbod voor jeugd om bewegen en sociale binding te stimuleren en nieuwe talenten op te leiden voor de club
- Een nieuwe locatie, passend bij de gewenste uitstraling van de club (verbinden intern/verbinden extern)
Werkwijze: iedereen in de club mag besluiten nemen
Van alleen praten gaat de rijst niet koken
Zichtbare resultaten ontstaan niet door alleen dingen te roepen en te hopen. Opperen van ideeën en alternatieven of het bekritiseren van bestaande is natuurlijk prima, maar er is meer nodig om verandering te realiseren. Zichtbare verandering ontstaat wanneer nieuwsgierigheid of urgentie wordt omgezet in handelen en doen: je wilt iets voor elkaar krijgen, je vindt dat het anders moet, of omdat een ongewenste situatie opgelost moet worden.
Zodra een idee, een initiatief door een clublid of meerdere leden wordt toegeëigend, kan elk lid of een groep clubleden hierover een besluit nemen volgens de adviesmethode: je moet een route doorlopen waarbij je naast het bestuur of een vertegenwoordiging ervan, diverse leden dient te raadplegen, afhankelijk van onderwerp en impact op de club. We kijken welke rollen en middelen er nodig zijn om dit te realiseren zodat er een projectteam ontstaat dat zich weer opheft zodra de klus geklaard is. Het nemen van een besluit zonder inachtneming van de adviesmethode leidt tot royement. Deze werkwijze geldt voor alle leden, dus ook het bestuur.
We geloven dat verandering en vernieuwing veel meer ontstaat vanuit de directe, alledaagse beleving van leden, en niet vanuit een centraal bestuur. Omdat bestuursleden in onze club ook actief ‘in het veld zijn’ zijn zij natuurlijk vrij om zoals ieder ander het initiatief te nemen. Echter, we willen de hiërarchie doorbreken, waarbij een bestuur zaken oplegt of dat iedereen naar het bestuur blijft kijken en afwacht. Het denken in ‘functionarissen en commissies’ past naar ons idee niet meer bij deze tijd.
De Algemene Leden Vergadering (ALV), maar dan boeiend
De oude ALV: dood en cremeren
In de ALV van nu is het bestuur bezig om zich te verantwoorden aan een te kleine, vaak oudere, fanatieke groep leden – vaak betrokken coryfeeën of vrijwilligers – die niet het aantal en ook niet de mores van de club vertegenwoordigen. Een veel te kleine groep is betrokken bij alle besluiten voor de club, terwijl zij niet representatief is voor de hele club. Het is nodig om dat te veranderen.
Andere cultuur, andere ALV
Onze ALV kenmerkt zich door ‘verbinden – onderzoeken – besluiten’, passend bij de gewenste cultuurverandering. Aan het wettelijk voorgeschreven onderdeel besteden we maximaal 25 % van de geplande vergadertijd. Dit doen we door vooraf zaken inhoudelijk met de actief betrokken leden af te stemmen ter voorkoming dat we niet eindeloos over details en individuele stokpaardjes hoeven te soebatten.
Het hart van de ALV bestaat uit levendige, interactieve discussies rond actuele thema’s in de club.
De agenda van de jaarlijkse ALV van onze club zal bestaan uit twee delen:
Deel 1: wettelijk voorgeschreven agendapunten (maximaal 0.30 minuten)
- Welkom en vaststelling agenda
- Personele zaken waaronder: benoeming ereleden – bijzondere gebeurtenissen zoals ziekbed/sterfte/huwelijk, voordragen nieuwe bestuursleden, etc.
- Wettelijk voorgeschreven onderdelen:
- Verantwoording bestuur en kascommissie: inhoud en financiën
- Overige stukken ter goedkeuring voorleggen en vaststellen.
- Gezamenlijke afsluiting en samenvatting belangrijkste zaken.
Deel 2: interactieve discussie en debat over actuele thema’s in de club
Achtergrondinformatie
De nieuwe generatie (millennials en generatie Z)
Een nieuwe generatie mensen dient zich weer aan. Een generatie die andere behoeftes heeft, nieuwe vormen van logica hanteert en daarmee traditionele organisaties een andere vorm geeft. Een visie over de club van de toekomst begint met een analyse van huidige tijd en trends, het begrijpen van (toekomstige) generaties en een reflectie op waartoe de club ons aanspoort.
(Wanneer je een generatie omschrijft, zal niet iedereen zich meteen aangesproken voelen. Toch kunnen we wel iets zeggen over millennials (doorgaans geboren na 1980) dat wellicht herkenbaar is. Ze kenmerken zich o.a. door:
- Een grote behoefte aan vrijheid en flexibiliteit.
- Weerstand tegen de ‘standaard’ en het conformeren aan iets omdat het simpelweg zo hoort.
- Een verlangen naar vervagende (hiërarchische) grenzen in relatie tot wonen, studeren en werken.
- Intensief gebruik van ‘nieuwe’ media als voorwaarde voor snel communiceren.
- Het willen delen van memorabele ervaringen (zoals: reizen, extreme-sports, festivals et cetera).
- Liever producten willen lenen, (her)gebruiken of ruilen dan bijdragen aan een ‘consumptiemaatschappij’.
- Zelfontplooiing en zingeving boven status, geld en macht plaatsen.
- Afwisseling in projecten en opdrachten zoeken met een focus op snel resultaat.
- Gering reflectief vermogen
- Individualistisch boven sociaal georiënteerd)
Conclusies NL Sport 2017
NL Sport concludeerde al in 2017 naar aanleiding van een onderzoek dat veel clubs daar niet in slagen. Wie zich aansluit bij een traditionele vereniging kent zijn rechten en plichten. Je bent lid voor een jaar, je zit in een bepaald team of groep, en er zijn verplichtingen en verwachtingen over jouw deelname. Leden hebben sportieve verplichtingen (met betrekking tot trainingen, wedstrijden, competitie, et cetera) en niet-sportieve verplichtingen (met betrekking tot bardienst, rijplicht, et cetera). Deze verplichtingen en verwachtingen zijn vooraf bekend en worden als logisch ervaren. Probleem hierbij is dat deze traditionele lidmaatschapsvormen en vaste trainingstijden niet meer bij de kenmerken van nieuwe generaties passen.
Steeds vaker komen nieuwe sportverenigingen uit bij het vormen van een dienstverlenende organisatie met klanten. De sporters betalen contributie om een paar uur per week te kunnen sporten en het merendeel heeft verder weinig binding met de vereniging. Deze sporters maken alleen gebruik van hun rechten en willen niet vastzitten aan allerlei plichten binnen de vereniging. De vraag is dan of je nog wel kunt spreken van een vereniging en of wij zo’n vereniging zouden willen zijn.
Ongeorganiseerde sport heeft de afgelopen jaren een enorme groei doorgemaakt. Het vrijblijvende karakter sluit natuurlijk perfect aan bij de veranderende vraag van de consument. Er zijn geen verplichte trainingen of wedstrijden en mensen kunnen zelf bepalen of ze wel of niet gaan sporten. Wandelen, los-vast hardloopgroepjes en wielrenclubjes passen daar prima bij. Ook tussenvormen (wel georganiseerd, maar geen rigide verplichtingen) zien we bij Footy (een soort voetbal in het klein) of bij Padel (een combinatie tussen tennis, squash en beachball). Voor tafeltennis is Pingpongbaas ontwikkeld, een app waarmee je beschikbare tafels en tegenstanders kunt vinden.
Vier herkenbare ‘speelvelden’
Grofweg kunnen we alle belangen, de te verwachten veranderingen en de diversiteit aan behoeftes binnen het verenigingsleven onderbrengen bij vier zogenaamde speelvelden:
Sportief- Sociaal & maatschappelijk
3. Clubcultuur - Zakelijk/commercieel
Deze vier speelvelden voegen allemaal zo hun waarde toe aan de sportvereniging. Ze kunnen elkaar versterken en dan zijn het krachtenvelden. Maar ze kunnen ook conflicteren met elkaar en dan zijn het spanningsvelden. Als ze niet goed afgestemd worden, dan zijn het spanningsvelden die kunnen ontaarden in de stagnatie van diverse processen. Deze spanningsvelden ontstaan vooral als de mensen die ze vertegenwoordigen niet meer open staan voor ‘het andere’ en hun eigen onderdeel (of ego) belangrijker vinden dan dat van een ander. Bijvoorbeeld: een sponsor die de vereniging financieel steunt wenst een maatschappelijke bijdrage van een topspeler uit het eerste team, maar zijn coach verbiedt dit daar het de sportieve prestaties niet ten goede zou komen.
Een gezonde vereniging zorgt er allereerst voor dat al deze speelvelden duidelijk zichtbaar zijn vertegenwoordigd door functionarissen en/of commissies. Zo waarborgt de Technische Commissie o.a. de sportieve belangen en een Sponsorcommissie waarborgt de meer zakelijke belangen van de club. De uitdaging voor de club van de toekomst wordt om die speelvelden met elkaar te verbinden waarbij de kernwaarden en clubvisie de gemeenschappelijke delers worden om tot krachtige co-creaties te komen.
De verbinding dient allereerst intern plaats te vinden maar parallel daaraan ook met externe partijen. De club van de toekomst werkt daarom intensief samen met de gemeente, andere sportverenigingen, het onderwijs en bedrijven uit de regio. Daarmee gaan we ook voor een deel richting een principe dat ‘open club’ wordt genoemd. Een ‘open club’ is een vereniging die meer (sport)activiteiten aanbiedt dan alleen haar hoofdactiviteit. Hiermee wil de club leden, maar ook buurtbewoners en andere betrokkenen, sterker aan zich binden en stimuleren om meer te sporten en bewegen.
Binnen de verenigingsstructuur van de traditionele club zijn de rol van voorzitter, penningmeester en secretaris verplicht. Wij kennen daarnaast de bestuursleden Technische Zaken en Algemene Zaken. We willen in de toekomst naast Voorzitter en Secretaris (portefeuille clubcultuur – maatschappij en samenleving) bestuursleden die verantwoordelijk zijn voor een portefeuille die een strategisch speelveld raakt:
- Bestuurslid Communicatie
- Bestuurslid Technische zaken
- Bestuurslid Financiën
- Bestuurslid Zakelijke/commerciële kwesties
Of en hoe we deze herverdeling van portefeuilles binnen Never Despair gaan vormgeven zal afhangen van verdere ontwikkelingen binnen de vereniging.
Daarnaast kiezen we voor een platte (horizontale) organisatiestructuur en vermijden we verticale hiërarchische organisatiemodellen. Het bestuur functioneert als strategisch hart van de club en is – op basis van kernwaarden – de verbindende schakel tussen de diverse commissies en functies. Dat wil zeggen tussen allen die verantwoordelijk zijn voor de meer operationele activiteiten die vallen onder één van de vier speelvelden. Het bestuur bewaakt waar nodig het evenwicht tussen de verschillende speelvelden en realiseert de verbinding tussen leden, gebruikers en vrijwilligers.
Iedereen dient aangespoord te worden om vrijwilligerswerk te doen. Het afkopen van vrijwilligerstaken zou een optie kunnen zijn voor wie het echt niet wil of kan regelen. Maar we willen voorkomen dat alle leden straks louter consumenten zijn. Het gevolg daarvan zou zijn dat contributies enorm stijgen en het voor bepaalde groepen onbetaalbaar wordt. Dit zou de doodsteek van de sport en het verenigingsleven zijn!
Enerzijds is sport een doel op zich waarbij lichamelijke vaardigheden (zoals snelheid, balans, coördinatie et cetera) – al dan niet in teamverband – worden geoefend en vergeleken met anderen. Anderzijds kan sport ook een middel zijn voor meer maatschappelijk gerelateerde doeleinden. Sport kan worden gezien als een kapstok waaraan je diverse activiteiten kunt ophangen.
Waar sport traditioneel het doel was en de sport zelf centraal stond, vindt er nu vooral een verschuiving plaats naar sport als verbindend middel voor maatschappelijke doeleinden en vraagstukken. Het lijkt erop dat sport in de toekomst vooral een middel is om de leuke dingen van het leven te beleven: vrije tijd, vriendschappen, vitaliteit en persoonlijke ontwikkeling in de breedste zin van dat woord. Daarbinnen zal sport voor een kleine minderheid ook een doel – als topsporter – op zich blijven. Voor de meerderheid is topsport ‘het sportspektakel’ waar je naar komt kijken in het weekend.